Wordt osteopathie terugbetaald?
Ja. Osteopathie wordt door de meeste ziekenfondsen gedeeltelijk terugbetaald. Afhankelijk van het ziekenfonds varieert dit van 3 tot 12 behandelingen per persoon, per jaar. Per consultatie wordt 10 tot 12,5 euro terugbetaald. Enkel behandelingen bij erkende osteopaten worden terugbetaald.
Wat betekent D.O.?
D.O. betekent ‘Diploma in Osteopathy’. Na het succesvol afronden van een opleiding in de osteopathie en het indienen van een thesis kan men de graad D.O. behalen. D.O. staat garant voor een goed, degelijk opgeleid osteopaat.
Is osteopathie een beschermd beroep?
In de USA maakt Osteopathie al lange tijd deel uit van de reguliere gezondheidszorg. Sedert 1993 is in Engeland het beroep wettelijk erkend.
Ook België heeft in 1999 een belangrijke stap gezet in de erkenning van het beroep. Het is de bedoeling hiermee op de eerste plaats de patiënt te beschermen.
Vertrekkend van strenge criteria, zowel wat betreft de opleiding als de uitvoering van het beroep, worden enkel die collegae door de ziekteverzekering erkend die aan deze voorwaarden voldoen. Zo wordt het ook voor de patiënt duidelijk waar men zich door de erkende osteopaten kan laten behandelen en waar hij kan genieten van een gedeeltelijke terugbetaling.
Hoe wordt je opgeleidt tot osteopaat?
De weekendopleiding van het ‘Flanders International College of Osteopathy’, afgekort FICO, start vanuit een basiskennis die gelijk staat met de opleiding tot kinesitherapeut. Bovenop die kennis moet de kandidaat ongeveer 1500 uur les volgen, gespreid over een vijftal jaar. Na het laatstejaars examen volgt er een openbare thesisverdediging voor een internationale jury. Bij welslagen wordt het diploma in de osteopathie (D.O.) uitgereikt en komt men op de lijst van erkende osteopaten. (www.socmut.be/SocMut/Zoek/Osteopaten.htm)
FICO heeft aan zijn opleidingen strenge eisen gesteld. Om wetenschappelijk goed bij te blijven houden zij daarom zeer nauw contact met de grootste buitenlandse scholen. Docenten van buitenlandse opleidingen worden stelselmatig ingeschakeld in de opleidingen. Dit garandeert hun kwaliteit en is uiteindelijk in het voordeel van de patiënt.
Moet je in osteopathie geloven om geholpen te worden?
Osteopathie is gebaseerd op anatomie, fysiologie, pathologie, neurologie, …
Een osteopaat gebruikt deze kennis op een functionele manier.
Osteopaten werken vaak op plaatsen waar de patiënt geen klachten heeft, wat voor de patiënt niet altijd even evident is. Ook de subtiele manier van werken wekt bij sommige patiënten vragen op. De osteopaat zal tijdens of na de behandeling op een zo duidelijk mogelijke manier uitleggen wat hij doet of gedaan heeft. Zo krijgt de patiënt zelf inzicht en vertrouwen in het hele gebeuren.
Na enkele behandelingen (vaak ook al na de eerste behandeling) zal u voelen wat osteopathie met uw lichaam doet.
Hoeveel behandelingen zijn er nodig?
Het aantal behandelingen wordt voornamelijk bepaald door de ernst van de klachten. Voor recente letsels zijn 3 à 5 behandelingen vaak voldoende. Om tot volledig herstel te komen van hardnekkige of langer bestaande klachten zijn meer behandelingen nodig.
Omdat je je lichaam na een behandeling tijd moet gunnen om een nieuw evenwicht te zoeken, varieert de tijd tussen 2 behandelingen van minstens 1 week tot 4 à 6 weken of soms zelfs nog langer.
Werkt osteopathie preventief?
Ja. Het is aan te raden om de 3 à 4 maanden langs te komen voor een preventieve controle. Net zoals uw wagen moet ook uw lichaam goed onderhouden worden. Uw lichaam is uw voertuig, verzorg het goed en wacht niet tot je in panne valt!
Is een osteopaat een ‘kraker’?
Soms is het nodig een ‘vastzittende’ wervel of gewricht vrij te maken door middel van een manipulatie. Hierbij hoort men meestal een knappend of krakend geluid.
Een osteopaat is opgeleid om dit op een veilige en efficiënte manier te doen.
Een osteopaat doet echter meer dan alleen maar ’kraken’. Naast het pariëtaal systeem (botten, spieren, pezen, gewrichten, wervels, enz.) worden ook het visceraal (organen met hun fascia, bloedvaten, lymfevaten en zenuwen) en het craniosacraal (schedel en wervelkolom met daarin het hersenvocht, de vliezen en het centraal zenuwstelsel) systeem onderzocht en indien nodig behandeld.
Wat is het verschil tussen osteopathie, manuele therapie, chiropraxie en kinesitherapie?
Chiropraxie is ontstaan uit de osteopathie. Chiropraxie behandelt vooral de wervelkolom d.m.v. manipulaties.
Manuele therapie is een onderdeel van osteopathie. Manuele therapeuten zoeken enkel bewegingsverliezen in het bewegingsapparaat (botten en spieren).
Kinesitherapie houdt zich voornamelijk bezig met revalidatie en lokale behandeling.
Osteopathie zoekt naar de oorzaak van het probleem en onderzoekt en behandelt daarvoor drie lichaamssystemen: het pariëtaal systeem (botten, spieren, pezen, gewrichten, wervels, enz.), het visceraal systeem (organen met hun fascia, bloedvaten, lymfevaten, en zenuwen), het craniosacraal systeem (de schedel en de wervelkolom met daarin het hersenvocht, de vliezen en het centraal zenuwstelsel).
Een osteopaat benadert de patiënt op een holistische wijze en werkt enkel met zijn handen.
Is een voorschrift van de arts nodig?
Neen. Om een afspraak te maken met een osteopaat D.O. is geen verwijzing van een arts vereist. De osteopaat neemt indien nodig contact op met de arts.
Hoe ontstaan bewegingsverliezen?
Bewegingsverliezen ontstaan door oorzaken van buitenaf of door processen in het lichaam zelf.
Te grote krachten van buitenaf (harde val, kneuzing, operatie, botbreuk, tandheelkundige ingreep,…) tasten de kwaliteit van de weefsels aan. Dit leidt tot verhardingen van deze weefsels.
Processen vanuit het lichaam zelf verlopen ingewikkelder:
- Erfelijkheid kan hierbij een rol spelen. Sommige mensen hebben van nature een hardere of stuggere bouw.
- Ontstekingen in weefsels kunnen littekens of verhardingen nalaten.
- Overbelasting door verkeerde voeding kan uiteindelijk leiden tot ophoping van gifstoffen, waardoor weefsels verharden.
- Gevoelens en emoties kunnen op subtiele wijze organen en weefsels beïnvloeden. Langdurige stress en spanning zetten o.a. de (bij)nieren en darmen onder druk. Lever en gal hebben het zwaar te verduren als ergernis, irritatie of woede niet kan worden geuit. Dit zijn enkele dagelijks voorkomende emoties die een negatief effect kunnen hebben als ze lang blijven bestaan.